Het kabinet wil de leefomgeving in de veedichte gebieden verbeteren. De aanpak hiervoor is vastgelegd in het hoofdlijnenakkoord warme sanering Varkenshouderij die op 7 juli 2018 naar de Tweede Kamer is gestuurd. Het kabinet trekt hier € 200 miljoen voor uit.
In het hoofdlijnenakkoord worden twee hoofdlijnen aangehouden. Enerzijds gaat het om het ondersteunen van stoppende varkenshouders. Het gaat om varkensbedrijven met een grote geurimpact op omwonenden in de concentratiegebieden Zuid en Oost van de Meststoffenwet. Daarnaast staan de ontwikkeling van en investeringen in nieuwe stal- en houderijsystemen centraal, waarmee de uitstoot van schadelijke stoffen en geuroverlast worden verminderd.
Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal deze hoofdlijnen samen met de provincies Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Overijssel en Utrecht, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de ketenpartijen van de coalitie Vitalisering Varkenshouderij, (te weten de POV, de Rabobank, VION, Agrifirm, Forfarmers en Topigs-Norsvin) in het najaar van 2018 concretiseren. Het is de verwachting de regelingen de eerste helft van 2019 te publiceren.